Bad lucky
Ik stapte uit op Rotterdam Alexander. De regen striemde haar welkom in mijn gezicht. Achter mij hoorde ik een ongewoon geluid. Er knapte iets, het rommelde. Maar ik ben gewend om geluiden te laten zijn voor wat ze zijn: geluid. Toch, dit was een geluid dat juist wel om aandacht vroeg. En kreeg. Ik hoorde een kraak en een doffe knal. Dus ik keek toch maar om. Ik zag een van de bomen die tegen de spoordijk staan breken, omvallen en op een auto terechtkomen. Een geparkeerde auto, dus dat had erger gekund. Ik was daarom toch ook een beetje teleurgesteld. De autobezitter zou dit vast anders zien, maar ook met teleurstelling, leek mij.
(Op zich was het een dag waarop je gerust een lot uit de loterij kon kopen, want als je auto als enige geparkeerde auto langs die hele spoordijk door een omvallende boom wordt geraakt, dan kun je best nog een gokje wagen.)
De trein had haast, ruim een minuut te laat, dus de conducteur floot alweer snel voor vertrek, stapte in, wachtte zoals altijd tot de trein in beweging zou komen en dan zouden ook zijn deuren sissend dichtgaan. Er kwamen mensen aanrennen, zwaaiend en roepend naar de beroepsfluiter. Maar nee, ze hadden echt pech. Wat een lul! riep een vrouw van mijn leeftijd. Het hielp niet.