Fietsrukker

Gisteren. Op de fiets terug naar huis van weer een middag fijn opruimen in de bieb. Er fietst iemand voor me, ik schat eind twintig. Maar ik ben slecht in het schatten van leeftijden, dus als het samenraapsel cellen elf was of misschien toch negenendertig – het had zomaar gekund. Gedrag is van alle leeftijden, dat in ieder geval.

Goed, het fietst voor mij en besluit dat het mondkapje toch wel hinderlijk is, zo op de fiets. Niet meer dan logisch dat de toevallige fusie van ei en zaad het ding van de domme kop rukt en gewoon op straat flikkert. Gewoon, bij alle andere zooi. Ligt daar prima. Vroeg of laat eten we het tenslotte zelf op.

Waren we maar kakkerlakken, dan zou het mij verder aan m'n reet roesten. We zouden zelfs een nucleaire fittie overleven. Maar we zijn geen kakkerlakken of een andere soort die niet klein te krijgen is. We zijn een uiterst kwetsbare soort in een precaire situatie die maar niet door lijkt te dringen in de door marktwerking en overige achterlijkheden murw gebeukte hersentjes. Maar zelfs dan zou ik zo'n hoopje ellende liefdevol van het fietsje sleuren en met de snotneus in een hoop zwerfafvalsmurrie duwen. Misschien ga ik daar nog eens patent op aanvragen. Een fietsrukker. Hoewel, dan denkt deze onverlaat dat het de inspiratiebron was. Dus nee. Laat maar.

Los van alles irriteert het mij nog steeds en alweer mateloos dat het blijft gaan over het aanpakken van een virus. De korte termijn. Terwijl, nou ja, ik zing het liedje nog maar eens: het virus is een gevolg van ons eigen gedrag, in een veel groter geheel. Het staat niet op zich. Hierna staat de volgende gewoon alweer te wachten.

Weet je, sommige mensen kunnen dit soort dingen zoveel beter en zelfs positiever uitleggen. Daarom fluister ik alvast dikke doei en geef ik nu heel graag het woord aan Esther Ouwehand en haar tekstschrijvers:

“[...]De crisis van dit moment is een keerpunt, maar is zeker geen aanleiding om terug te keren naar business as usual. Toch lijkt het regeringsbeleid vooral gericht op symptoombestrijding en het steunen van fossiele bedrijven als Schiphol en KLM. Hoewel cultuur en natuur veel meer werkgelegenheid bieden en bijdragen aan het welzijn van mensen, is het beleid vrijwel geheel gericht op zo snel mogelijk weer terug naar economische groei. Dat is niet de oplossing, maar juist het probleem! De enige economie die houdbaar is in de toekomst, is een economie die blijft binnen de draagkracht van de aarde.

Doordat die draagkracht vergaand wordt overschreden hebben we wereldwijd te maken met diverse crises: een sociale rechtvaardigheidscrisis, een klimaatcrisis, biodiversiteitscrisis en nu ook een gezondheidscrisis. Premier Rutte noemt de coronacrisis de ‘grootste crisis sinds WOII’. Eerder sprak hij over de stikstofcrisis als ‘de grootste crisis uit zijn carrière’.

Beide crises hebben alles te maken met de manier waarop de mens met de natuur en met de dieren omgaat. Dat geeft alle reden om onze relatie tot dieren serieus te herzien, met name die in de bio-industrie waar dieren onnatuurlijk dicht op elkaar leven.

De dreiging van een pandemie door dierziektes (niet alleen Covid-19, maar ook andere infectieziekten zoals vogelgriep en varkensgriep) wordt nog steeds onvoldoende serieus genomen. Van alle recente infectieziekten die mensen bedreigen is maar liefst 75 procent van dieren op mensen overgesprongen. Dat maakt de manier waarop we dieren uitbuiten een direct gevaar voor de volksgezondheid en daarnaast een gevaar voor de economie en de ecologie.[...]”
bron: https://mailing.partijvoordedieren.nl/

#waanvandedag #pvdd #politiek #virus #human #behaviour #100DaysToOffload