In de knoop
Sinds gisteren wordt er in de binnentuin een Japanse duizendknoop vakkundig om zeep geholpen. Nadat ik er wat over had gelezen bij grote vriend Wikipedia, concludeerde ik dat het geen eenvoudige klus is om deze knoop te ontwarren. Het had leuk geweest als er voor de biologische oplossing was gekozen, dan hadden we een paar schapen in de binnentuin gekregen. Zij zijn zo'n beetje de enige soort die deze plantaardige sushi eten. Ja, en wij zelf. Blijkbaar is het te vergelijken met rabarber. Recepten genoeg.
Maar nee, het gaat hier tekeer met machines die af en aan rijden. Het mag wat diesel en benzine kosten. Dikke vette container voor onze giechel en volstorten maar.
De plant is wat je noemt een invasieve soort. Ofwel, nauwelijks tot geen vijanden in de omgeving en dus groeit, wroet, woekert en bloeit het ding naar hartenlust. Niet te stoppen. Net een mens.
Dezelfde mens die door haar woekerend bestaan deze exoot over de planeet heeft gesleept. Toch altijd weer geinig hoe wij zelf uiteindelijk verantwoordelijk zijn voor alle zaken die onwenselijk zijn.
Over timing gesproken (o ja?) – net nu het lekker begint te plenzen hebben de slooptuinders pauze. Dat geeft de inhoud van de container mooi de tijd om nog een beetje in te zakken, zodat er straks nog meer Japanse familie in gegooid kan worden.
Ik kan er niets aan doen, maar ik vind het erg treurig. Ik snap dat de duizendknoop een hoop schade kan veroorzaken aan rioleringen en weet ik wat allemaal. Ik geef toe, daar zit ik ook niet op te wachten. Maar toch. Het blijft de omgekeerde wereld.
Omgekeerd hing ook mijn nog amper droge broek op het balkon aan het wasrek. En met die regen leek me dat nogal tegenstrijdig: drogen om natgeregend te worden. Dus ik haal mijn broek van het rek, sla 'm uit, neem het ding mee naar binnen en vouw hem op terwijl ik naar mijn deel van de kledingkast loop. Vliegt er ineens een enorme mot (of toch vlinder?) uit. Arm beest. Die zit nu ergens hier binnen en ik heb geen idee waar. Zo zie je hem en zo is ie uit het zicht. Daar heeft het beestje vast een goede reden voor, maar handig is het niet. Anders zou ik hem voorzichtig kunnen vangen en buiten zetten. Terwijl het nu redelijk kansloos wordt voor 'm. Ik ben straks weg en hij kan geen kant op hier, behalve tegen het raam aanvliegen. Over een paar uur gaat het diertje ongetwijfeld de Japanse duizendknoop achterna richting de eeuwige vlindervelden bezaaid met bloesems zover je zien kunt.
Om een klein beetje in de sfeer te blijven: Fireflies make us sick. Feeding Fingers. En ik begrijp het als je vindt dat ze wel erg klinken als The Cure, maar dan Amerikaans. Ach, zoals eerder gezegd, het kan rotter.