Klokslag
Ik had ineens een fantasie terwijl ik door het park naar de supermarkt liep. Dat vanavond de hele zwijgende meerderheid uit hun huizen komt en in stilte naast elkaar op straat gaat staan. Kijken en zwijgen, meer niet.
Maar goed, dit is uit de categorie stiekem ben ik een ongefundeerde hippie dus zo'n gedachtedingetje is op zich best geinig en verder kun je er niks mee.
Bij de supermarkt hingen briefjes. In allerijl in elkaar geflanste tekst (maar wel foutloos, daar kunnen de 'vrijheidsstrijders' nog een dikke punt aan zuigen) met de mededeling dat ze eerder sluiten wegens aangekondigde onrust. Daar word je ter plekke niet rustiger van.
Tja. Ze noemen zich vrijheidsstrijders. Dan heb je dus echt geen hersencel meer over. Hoe verzin je het. Vrijheid is in hun ogen het slopen van andermans spullen en publiek bezit. Vrijheid als in: wij terroriseren hier de boel en bemoei je er niet mee anders slaan we je op je bek.
Ach, elk woord hieraan vuilmaken is er een teveel. Zo is het ook. Het stinkende vuur dooft uiteindelijk vanzelf uit. Het zal niet mooi zijn, niet gezellig. Zeer waarschijnlijk wordt er ergens een ultieme prijs betaald.
Ondertussen begint het specifieke vingerwijzen al en spint een witgeverfde raaskaller er garen bij. Terwijl het allemaal jonge gasten zijn. Allemaal hier geboren, allemaal Nederlanders, zo simpel is het. Uiteindelijk zijn we allemaal Oost-Afrikaans, weet je nog?
Misschien baart mij dat wel de meeste zorgen. Waar deze shit toe zal leiden. Nog meer shit. Nog meer polarisatie, nog meer populistisch gelul en ontmenselijking van een denkbeeldige vijand. En dat dit allemaal afleidt van de catastrofe die wereldwijd aan de gang is – dan heb ik het niet over een virus, want dat is slechts een symptoom van de globale ramp. (Ja, ik denk: laat ik het nog eens herhalen.)
Elke verspilde seconde is onvoorstelbaar kostbaar, elke verloren minuut staat gelijk aan eigen ruiten ingooien.
Daarom. Domkoppen zijn het. Stuk voor stuk.