Paardenmiddel

Het zou trouwens zo kunnen zijn dat u denkt dat ik mij niet veel meer van de wereld aantrek. Ik bedoel, het kwam nogal eens voor dat ik weer eens een tirade hield over hoe de mens mij in het algemeen enorm stoort. U ziet: tegenwoordige tijd. Vrees dus niet, ik ben nog altijd geen vriend van de rechtop lopende tweevoeter en verbaas (mild uitgedrukt) mij dagelijks – en dat dan weer de hele dag door – over wat ik zie, lees en hoor. En ruik en voel.

Toch, ik doe sinds een poosje bewust oprechte pogingen om al die idioterie hier zoveel mogelijk te laten voor wat het is. Ik geef daarbij ruiterlijk toe dat het mij bijna altijd zwaar valt om niet weer van wal te steken. Daarom geef ik liever geen garanties op een aanklachtvrij verblijf hier, nu en in de toekomst. Nee, maar dat u het weet hè? Niets zo grillig als mijn brein en de daaruit spruitende tikvingertjes.

Overigens las u hierboven dat ik het ruiterlijk toegaf. Waardoor ik moest denken aan hoe ik ooit op een paard reed. Zonder zadel. En rijden kun je het niet noemen, ik hield mezelf nogal in paniek – en tegelijk proberend zo min mogelijk coolness-factor te verliezen – vast aan het arme dier haar manen. Vind je het gek dat ze niet zomaar stopte? Dat moet pijn hebben gedaan, zoals ook ik wild hobbelend leed. Ik lag half voorover, half schuin op dat edele briesgebroed. En we denderden zomaar de straat uit.

Het was het paard van mijn toenmalige vriendinnetje. Ja, een verkleinwoord. Ik doe het liever niet, maar ach, de puberteit, dus dan mag je nog verkleinen, vind ik. Daarbij kwam onze erotiek niet veel verder dan samen Donald Duck lezen op haar bed. Na een paar weken zag ik trouwens beschaamd hoe mijn met pure zeep omhooggehouden piekhaartjes (de dark-waver die ik tenslotte was) haar behang hadden ingesopt. Dit klinkt wat vreemd, maar het is verklaarbaar hoor: ik zat tegen de muur als we lazen en liet er mijn hoofd steunen, dus vandaar die vaag witte plek na een week of wat. Of zij het opmerkte weet ik niet, praten deed je niet wanneer je zoende of las.
We groeiden onvermijdelijk uit elkaar, zoals dat gaat als je 13, 14 of 15 bent. Na een maandje of twee, drie moet je verder met je kansloze leven.

Haar paard was in ieder geval zo lief om mij voor het eerst in mijn leven te laten ervaren hoe dat is, op een paard. Zonder zadel, zonder beugels en teugels. Maar dat had ik al gezegd.
Jaren later reed ik op een paard langs een strand van Costa Rica. Nou, niet alleen het strand, want het was een tocht van vijf uur; zo lang en breed is het strand niet. Op een volledig opgetuigd paard, dat wel. Toch voel ik nog steeds mijn edele delen en broze achterwerk als ik terugdenk aan die rit. Los daarvan: het was wat je noemt een succeservaring te paard. Behalve dan dat ik helaas mijn favoriete hoodie onderweg ben verloren, dat doet nog steeds een beetje pijn. Verder was het een mooie dagtrip door de bossen en uiteindelijk dus het strand. In galop, alweer. Met een strand boordevol krabben die als een malle schuin voor je uit rennen. Echt, dat moet je zien om te weten hoe bizar dat is. Krabben doen niet aan zwermen, volgens mij, maar dit waren zwermen krabben, eindeloos veel. Schitterend gezicht.

Verder heb ik niets met paardrijden. Het zijn prachtige dieren waar ik niets dan ontzag voor voel. Ze lijken mij altijd iets uit te stralen van dat ze wel beter weten en ons gewoon maar een beetje in onze waan laten. Dat je god op je blote knietjes mag danken dat je op hun sterke rug mag zitten. Wat overigens geldt voor alle dieren, groot, klein, mooi, lelijk of zelfs kriebelig irritant: wij mogen in onze handjes knijpen dat ze er zijn, want zonder hen zou onze eigen diersoort allang uitgestorven zijn. Tik 'm aan, ouwe!

#paarden #paardrijden #waanvandedag #jeugd #puber #galop