Troef

En zo zaten we rond half twee vanmiddag rond de keukentafel bij mijn ouders een potje te kaarten. Dochterlief en de partner in crime namen het op tegen mijn vader en mij. Klaverjassen, Rotterdamse variant (omdat Amsterdams net Rummikub is en omdat ik ook niet beter weet).
De twee oude kaartrotten tegen twee junioren in het nobele kaartspel. Die laatste twee hebben ons, na een behoorlijk spannende strijd uiteindelijk alsnog verslagen.
Ze begonnen goed, kakten daarna een beetje in, gaven hun voorsprong zelfs heel even weg, maar een pit en een solide laatste pot bracht de overwinning.
Omdat we nog een klein beetje tijd over hadden voordat het dochterkind naar de trein moest om op tijd op haar werk te zijn, speelden we nog snel drie losse potjes. En jawel, ook die werden door die twee meiden gewonnen. Het zat er voor mijn vader en mij gewoon niet in vandaag.
Kortom, we moeten maar snel een revanchepartij regelen.

De wind liet zich ook weer van zijn beste kant zien. Vertrokken we nog met gewoon een stevige bries richting Zuid-Holland, met code oranje ondernamen de weg terug. Zonder gedoe trouwens, wel zo prettig.
Amper thuis stond de brandweer in onze krappe straat. Hier pal aan de overkant ligt al een dag of drie een stel pannen op de rand van de dakgoot te wiebelen. Die hebben zich daar verzameld nadat Eunice ze van het dak had gelicht – de rest van de pannenfamilie ligt in treurige stukken op de grond. De brandweer heeft de bungelaars uit hun benarde situatie bevrijd, al kijk ik er niet raar van op als er morgen gewoon weer wat spul naar beneden is gekomen of op het punt van vallen staat. Dat dak daar is nog maar kort geleden gerenoveerd, maar is niet bepaald een stormproof, zo bleek al eerder. Het zal je dak maar wezen.

Over ons dak dan. Hier al enige tijd de vliegtuigen steeds lager over en dus nog intimiderender. Zal vast ook met het winderige dingetje te maken hebben – andere aanvliegroute en dergelijke gekkigheid. Ga dan gewoon niet vliegen, denk ik dan. Zoals de treinen, bussen, trams en metro's ook spontaan niet meer rijden als er stevige windvlagen zijn. Maar nee, vliegen zullen we te allen tijde en tot de dood ons schijt.

Goed, ondertussen zitten de Winterspelen die geen winter kenden erop en zal Poetin morgen of ergens deze week dan eindelijk aan zijn eigen winterspelletje gaan beginnen. Het Olympisch vuur is gedoofd, Xi vooral tevreden dat het bijna niet over mensenrechten is gegaan en zijn vriendje Vladimir braaf heeft gewacht met landjepik. Zoveel vriendschap betaalt zich vast uit in klinkende cryptomunt. Waarmee ik niet wil zeggen dat wij hier in de EU, het VK en de VS zo lekker bezig zijn. Uiteindelijk draait het om een ordinair potje ver pissen, een archaïsch spelletje Apenrots. Zonder ook maar enig oog te hebben voor al het leed dat deze verwarde personen met kernkoppen aanrichten. Oude, belegen mannen verklaren elkaar de oorlog, jonge mensen en generaties daarna mogen ervoor bloeden.

Spelletjes. Dan kies ik toch het allerliefst voor die keukentafel met kaarten in het goede gezelschap van die mij lief zijn. Dat zouden meer mensen moeten doen.

Met een knipoog afsluiten dan maar. Herz ist Trumpf. Trio. Live, of nou ja, een soort van.

#waanvandedag