Voetje van de vloer
Het was vrijdag. We gingen toch maar naar Den Dolder, naar de oefenruimte. We speelden wat oud werk, nummers die we al zeker anderhalf jaar niet meer hadden gespeeld – dan speel je ze weer alsof ze bijna nieuw zijn. Een paar nieuwe ideeën passeerden de revue, werden nog eens doorgenomen en geprobeerd. En we kwamen weer een stap verder met het uitwerken van plannen. In ieder geval op papier. Maar dan zonder papier. Ook dat is ontwikkeling. Dat je denkt dat alles muurvast zit en dat je ondertussen stroomt als een gek. Alleen heb je dat nog niet door. Ik noem het graag de incubatietijd.
Gisteren fantaseerden we nog wat verder door. We hadden namelijk tijd zat in Barneveld, in het Schaffelaartheater. We zaten in beide dansvoorstellingen pas helemaal aan het slot. Samen met 'onze' meiden van de Kweekvijver van de dansschool. Zij hadden zelf een choreografie bedacht op onze versie van een letterlijk eeuwenoud nummer. Wij speelden volledig akoestisch, zij dansten. Het was heel tof. Weer een waardevolle ervaring rijker.
Ondertussen zijn de voetballende meiden weer een stap dichter bij de finale. Woensdagavond gaan we hopelijk juichen tegen Zweden en dan zondag weer. Dat is pas over een week en dan moet het dus wel allemaal meezitten hè, enige kalmte is op z'n plaats.
Waar ik niet aan wil denken, maar het blijkt onmogelijk: die enorme zweetpoten van Trump die het Noord-Koreaanse land nu definitief hebben bezoedeld. Ik ben geen Kim-fan, maar de gedachte dat Donald met zijn vieze kuif in ieder geval nog ergens geen geursporen had achtergelaten vond ik vreemd geruststellend. Mijn laatste hoop is nu dat Kim straks op de thee gaat bij Trump en op het aanpalende toilet van The Oval Office wat stevige remsporen achterlaat.