De Personen van ... Het Geldasiel
Vandaag in VVA doc. een menselijk belang document Seizoen 1, Deel drie van ontelbaar veel over De Personen van Het Geldasiel.
Vandaag rijden Frank en Mark naar een plek op aard waar in een huis verloederde goudstaven zijn ontdekt. De eigenaar zegt zelf dat hij niet langer voor ze kan zorgen. Het heeft de interesse verloren. Frank rijdt en Mark leest en beluisterd de telefoon applicatie voor weg bewijzering, hij zegt nog een keer luid en duidelijk wat de telefoon eerst zegt. “Over 250 meter naar rechts bij de afslag Knijpoord naar de B123 richting Knijpoord” Frank trekt het stuur bij en we gaan samen naar rechts op naar de richting Knijpoord. De telefoon geeft instructies Mark doet het dik over en zo komen we zwijgend luisterend naar telefoon, Mark en radio zender Lokaal Vocaal Kabaal het programma Praat een Lied of Niet van DJ Dik en sidekikkers Kwaak en Visje op VVA webradio Smægmå Cultureel Prut.
Na een poos zo wentelend en kerend in het verkeer naderen we ons doel. Inmiddels zijn we op de hoogte van alles wat er vandaag toe doet, gisteren toe deed en morgen gaat doen aldus Dik, Kwaak en Visje en tussen deze informatie door werden we vermaakt met fijne meezingers uit de oude maar niet te oude doos, liedjes over de liefde, lust en dergelijk tijd verdrijf tussen het geld dienen door.
Mark en de telefoon brengen ons naar een oplaadpunt voor onze motor met luxe zitjes, radio, usb poorten alles samen ingepakt in blik waarmee Mark en Frank iedere dag op pad gaan om verdwaald of verloren geld zo goed als mogelijk op te vangen. Frank zegt daarover “Dat hij het moeilijk kan verteren dat sommige mensen zo achteloos ermee omspringen, ze verwaarlozen hun kostbaarste bezit, geven er niet om dan knapt er iets binnenin mij, weet je” Mark geeft hem dan een tikkie op de rug en zegt “Het komt wel goed Frank, wat ik je brom” Dit ene moment zit nog altijd in mijn geheugen gegrift, het staat in de top tien van mijn herinneringen betreffende deze eerste top uitzendingen, de beide heren op weg, dapper strijdend tegen de wanorde, het onverdraaglijke, de verloedering van ons kapitaal.
Frank belt de man met goudstaaf problemen op om hem te verwittigen betreffende de aankomst en onze aanwezigheid. Het is altijd een heikele kwestie, geldproblemen en televisie zendtijd gaan maar moeilijk door een deur. Zeker als de omgang met geld zo moeilijk verloopt als hier. De man wil wel in beeld maar liever onherkenbaar. Hij draagt daarom een bril en praat veel lager dan normaal.
We drukken een code in gaan door de poort, dan drukken we op een bel, een zoeker gaat, een klik volgt, en komen in een hal waar vergane glorie pronkt, echt schitterend, Deze gang alleen al is een meerwaarde voor de kringloop industrie, het valt te verwachten dat we hier nog veel meer spullen je die niet eens aan de straatstenen kunt verhandelen te zien gaan krijgen.
Familie portretten, ard-deko vazen, hanglampen met glazen kraaltjes en stofjes uiterst secuur er aan gefrunnikt, echt mieters veel werk voor de kost verzet, We lopen met grote pupillen door de hel verlichte gangen en kamers tot we uitkomen bij de deur waarachter de onherkenbare man wacht. Deze deur heeft een klopper, er staat op een koperen plaquette naast de deur 'kantoor, kluis en kamer voor denkbeeldige arbeid, gelieve drie keer driemaal te kloppen bij entree, 3 kort achtereen, drie met enige pauze, en weer dri3 kort' Mark doet zoals bevolen, daar zijn ze trouwens beiden heel bedreven in.
De deur zwiept open, dit verbaasde ons allen, dit leek ons een plek waar een deur langzaam zou openen. We stonden gelijk oog in oog met het zittende slachtoffer, de met ons meelijdende factor in dit stukje menselijk belang, rondom hem lagen vereenzaamde staven, dof, levenloos, al tijden niet gepoetst, het leven, de geest, er niet in gewreven. Dit aanzicht op deze ellende benam Frank en Mark de adem. Mark kon niks uitbrengen, zelfs geen traan voor in beeld, Frank had het even te kwaad maar herstelde snel zijn inner orde en wierp zich daarna vol mededogen op deelnemer X. “Ach arme, arme man, welk een leed moet u toch lijden, wij zijn hier om u te steunen!”
X brak in tranen uit, al die jaren vol smart, in deze kluis kantoor kamer unit kwamen boven, welden op via de ogen, kwamen in onbedaarlijk snikken, ach en wee volgden elkaar op de voet. Mark ontfermde zich ondertussen over een tweetal daze staafjes, aaide ze, sprak er tegen, zei “Nu komen jullie weer ergens!” Langzamerhand zagen we weer hoop in deze verschrikking. De beide heren steunden de gebroken man, haalden de kluis leeg, staafje voor staafje, elk werd in een speciaal nestje gelegd voor transport naar Het Geldasiel.
X wou eerst eigenlijk niet veel kwijt over de ellende in zijn leven, de reden waarom hij en zijn geld van elkaar waren vervreemd maar na een poosje toen de meeste bezittingen waren afgevoerd naar de Geld ambulance begon hij toch het verhaal te openbaren. Bij de deurpost staande in joggingbroek, instappers en met half open bloesje begon hij aan de openbaring “Dat moment waarop je beseft dat alles weg is, je hele leven zet je je in voor wat eens je grote liefde was, de accumulatie van bezittingen en dan heb je het en ondanks dat stop je niet als het er is, en dat idee blijft zich voeden, met mij, en dan zie je wat er is opgericht en aangericht en tegelijk hoeveel meer er is verloren gegaan dan, weet je, verliest alles zijn schittering. Alles, echt alles.” Hij valt stil. Even later zittend op een stoel in een bijna lege kamer, gemaakt voor spullen, echter in alle zwakte, de ziekte van onwil, niet aangeschaft, gaat hij verder “Je zit dan hier, daar, overal te praten over de bezittingen alsof je meer nodig hebt, meer plekken om mogelijk te zitten, staan, locaties te verzinnen om bezittingen te delen zodat ze andere lokken, elke uur van de dag is een balans voor inkomen en uitgaven, ik zette leven om in centen, en verlustigde me daar in het kantoor kluis op deze toegevoegde waarde maar in enen was er een soort sluier die van me afviel, ik zocht me suf, al zoekende viel van alles van me af tot ik me zelf niet meer zag zitten in een keurslijf” We toonden begrip voor de situatie. Geestesziekte is altijd lastig te verdragen, het goede goed kwijt en toch denken dat alles oké is, blijft een beetje beangstigend ook voor een voice over.
Na anderhalf uur vertoeven in deze ook voor ons document makers moeilijke omstandigheden lag alles ingepakt in de geldambulance en dus klaar voor transport over des heren wegen terug naar een plek waar het liefdevol zou worden ontvangen, in ons eigen Knoxje zou Truus de balie medewerkster zeggen.
Elders op het Geldasiel was Yennie bezig met de stapel om gezellig te vermeerderen, ze zat bij een bureau, haar blik vast geniet aan een computerscherm, de oren vast geklonken aan binnenkomende berichten door een headset alsmaar op haar tellen letten, de staven lekker laten rollen. Yennie zat hier meestal samen met haar partner Roebelski, een Oost Smægmåån met de juiste instelling voor dit werk maar die was net bezig met een bedroevend stemmende acquisitie, iemand was zijn belangstelling erover kwijt, 'zo sneu' aldus Yennie. Yennie had sinds ze hier bij het geldasiel als vrijwilligster begon heel veel stappen gemaakt waardoor ze zich nu in deze schitterende zee van potentieel spul als een vis in het water voelde “Toen ik hier begon was ik uiterst onzeker over mijn bekwaamheden, maar toen ik eenmaal werd geconfronteerd met dat goud geld leed ervoer ik dat dit werk belangrijk was, dat ik mijn ego op zij moest zetten en overal eenzaam verzwakt geld moest redden uit de wanhoop waar in het zich bevond” Nu toonde ze ons haar vaardigheden, in een paar tikken met een enkel woord, haalde ze beklemd geld uit benarde situaties, zodat anderen zoals Frank en Mark het dan konden aannemen, vervoeren en dan nam de geldzorg het van hun over.
Het geldasiel was vrij simpel losweken, bevrijden uit incapabele handen, transporteren over de infrastructuur en dan hier in de opvang vertroetelen, intensief verzorgen en dan laten doen wat geld het liefste doet, een ander het werk. Maakt niks uit welk werk, als het maar iets uitvoert. Als geld gelukkig en blij is, massaal samen gekluisterd, dan gaat dat als van zelf, dat merk je hier wel. Iedereen werkt zich hier uit alle naden en kieren, vele slagen in de rondte, zelfs rondom die spil der dingen, geen opoffering is te groot om dit nobele instituut op poten te houden, de laatste snik daar gaan we voor.
Dat viel ons eigenlijk ook op. Toen wij begonnen aan deze Personen van reeks wouden we overal één uitzending aan wijden, de Personen van De Reddingsboei, die van De Alles Zender, van De Labelprinters en dat ging best goed, zoals beoogd, tot dat we hier kwamen en meteen wisten dat dit een reeks moest worden, neen, zelfs een serie aan reeksen, We zitten bij aflevering 3 in seizoen één maar we liggen nu al vast voor tien seizoenen met 52 afleveringen dankzij de overtuigende inzet van de grote inspirator van dit Geldasiel de heer Florijn van Gouden Bergen IV. Dit doen we dan in onze vrije tijd maar het is dermate lonend dat we dit niet ervaren als afwijkend van het oorspronkelijke format, meer als een soort van cultuurlijke ontwikkeling in vorm en inhoud.
Volgende keer in De Personen van Het Geldasiel gaat Frank met het sneue, gedeprimeerde Geld naar de Kaaiman Eilanden, doet Yennie een extra duit in het zakje, maken we kennis met de baas van de overzeese geldopvang op De Muurstraat en spreken we voor het eerst met Florijn onder andere over geldigheid en tekeningen van een liefdevol geschonken naam met de hand op een velletje papier. Tot dan. Nu veel plezier met Internationaal Voetbal straks te zien op Digit Taal Trans Sport VVA.