Ik doe nu meteen drie catastrofen en dan weer lekker lang bijslapen met het test beeld erbij.
Tweedes couplet
In Godes vrees te leven
heb ik altijd betracht,
daarom ben ik verdreven,
om land, om luid gebracht.
Maar God zal mij regeren
als een goed instrument,
dat ik zal wederkeren
in mijnen regiment.
Wilhelm was waarschijnlijk een niet erg gewaardeerde pikhouweel, dit aangezien hij graag, eenmaal in den gratie terug, was even niet vrezend genoeg, de een zijn god is de anders niet, zelfs als Ie dezelfde naam draagt, gaarne zou willen terugkeren in het mijnen regiment. Fijn dat je al voor het terugkeren naar waar je nog nooit was toch een regiment hebt kunnen regelen om je waar nodig te begeleiden naar extra hoogmoed. Even ter info betreffende de betekenis van Om Luid brengen wil zeggen dat ze hem ondanks de woorden die hij sprak “Van mij, van mij, van mij” niet werd gehoord. Iedere keer als Wilhelm sprak ging iemand op een trompet blazen of de hoeven van zijn paard beslaan, een liedje zingen of er door heen la, la, la, la-en. De vingers in eigen oren was ook een probaat middel om niks uit hem te hoeven horen. Het is ook mogelijk dat hier zou moeten staan Om Luit gebracht, soms moesten criminelen van de staat met kunst en vliegwerk op betere gedachten worden gebracht, een daarvan was poging tot omscholing bijvoorbeeld van fout verklaarde koning tot Luit speler. Echter niemand heeft hem ervoor noch erna ooit met een Luit in de weer gezien dat laatste is dus niet super waarschijnlijk.
Derdes couplet
Lijdt u, mijn onderzaten
die oprecht zijt van aard,
God zal u niet verlaten,
al zijt gij nu bezwaard.
Die vroom begeert te leven,
bidt God nacht ende dag,
dat Hij mij kracht zal geven,
dat ik u helpen mag.
Mocht u niet voldoen aan de maatstaf der oprechtheid dan heeft u vette hiernamaals pech, 't hemelse paspoort is ongeldig, die tür bleibt zu, maar al draagt u een heel wapen arsenaal dat is opzich best oké, maar niet doden, no. 1 in de lijst, en vooral diep en grondig wensen dat u de opperbaas mag assisteren, op weg naar meer zielen en of behouden vaart. Dat vinden leiders leuk dergelijke richtlijnen op schrift zetten.
Kwart couplet
Lijf en goed al te samen
heb ik u niet verschoond,
mijn broeders hoog van namen
hebben 't u ook vertoond:
Graaf Adolf is gebleven
in Friesland in den slag,
zijn ziel in 't eeuwig leven
verwacht den jongsten dag.
Op welke baby dit betrekking had weet ik niet, maar het blijft lullig. Adolf je had daar ook niks te zoeken, je kende de taal niet eens. Gewoon dom, gelukkig ga je nu een andere weg op dan de Friezen en de al even nare Spanjaarden in Heilgerleije^, die waren zo verhipte onoprecht, ze kunnen het nog altijd schudden. Liggen in onverschoonde slaapzakken onder oranje afdekplastic voor de toegangspoort. Hemelse soldaten, gevleugelde krijgers van de vredesmissie, een welke paraderen bij de muur, prikkeldraad, camera bewaking, mijnen regiment veldje en 7 G-God internet daarmee houden ze die naarlingen bij het hek, in het parkje ervoor, in de gaten.
^
De Friese delegatie was gastvrij, dit waren zo ongeveer de woorden waarmee ze graaf Adolf ontvingen.
'Wolkom yn Fryslân Graaf Adolf. Wy binne bliid dat jo ús moaie Fryslân komt besykje. Wy wolle jo graach traktearje op de bêste produkten út de streek lykas sûkerbôle, alvestêden drop en frysk sprekkende fisk. Dêrnjonken hawwe ús echte bakkers allinne voor jo, jo fertsjintwurdiger
fan de hoogheid, Oranje Wim, voor de earste kear Oranje koeke yn elkoar flange.'
Niks mis mee, echter Adolf was ten eerste een wat simpel figuur. Hij wist net iets van toeten maar van blazen niks. Hij was ook wat seksueel onzeker en daarnaast niet moeders mooiste, beide zaken waren overal waar de graaf verscheen heikele punten. Adolf hoorde dingen in woorden die niemand anders kon horen laat staan bevatten. Adolfs reactie op deze declamatie van de voorzitter van de Friese Fractie was dan ook alles behalve normaal.
Hij nam eerst de geschenken in ontvangst, op de sprekende vis na want die joeg hem angst aan, het was ook geen aardige witvis, dat moet gezegd. Hij sprak daarna met zijn collectief van Ja knikkers, de verstandigder lieden, zij met ook nee als antwoord, de militaire strategen, diplomaten, noeste bonkige knokkers met een beetje inzicht waren allen ontslagen. Hij was er zeker van dat deze Frieschen hem voor schut zetten, omdat hij knokige knietjes had, een hazenlip verborg onder zijn hangsnor, meisjes achtig sprak met een lijzig accent, ze zijn billen niet goed vonden accentueren in zijn pantalon, de anderen knikten op alles ja, onverstandig maar rendabel. Kortom in plaats van een vreedzame handelsmissie in Friesland, Heiligerleie, dat was dus inclusief Groningen, werd het een bloedige strijd, waarin Adolf met zijn groepje gewapende zwakkelingen het leven liet vooral ook omdat de Adolf eerder ook al de Spanjaarden had geaggiteerd, hiermee zichzelf en zijn broer Wim in een lastig parket brengend, Adolf was er zeker van dat de Spaanse koning II dingen over hem zei, dat hij geen echte kerel was, niet zo knap als Wim, maar weinig overwicht had over zijn gezin, niet degene was die de broek droeg, en hij een overbeet had. Dat was 'de druppel in het hoenderhok' zo tierde hij toen tegen Wim, in de retraite van de residentie, en Wim van streek geraakt door de dikke tranen rollend en hupsend uit Adolfs ogen zei toen 'Ach Adje, oh Adje toch, huil maar niet, we verklaren gewoon oorlog, dan zal de koek weer bij het eitje komen, och, och, wat vreselijk allemaal.' Zodoende stierf Ad in het Fryske Heiligeleije na een incident met ene Jan, het zou ook Joris, Piet of Corneel geweest kunnen zijn, de ja knikkers lagen allemaal needrig dood rondom de graaf en Adolf wou net voor het eerst in zijn leven het eigen zwaard heffen, dat ding bleek te zwaar, en hij viel van het paard, op en in eigen zwaard, stante pede dood. Zo ging het dus, echt.
Test Beeeld
Test